In 1907 voerde een arts uit Massachusetts, genaamd Duncan MacDougall, een ongebruikelijke reeks experimenten uit. Geïntrigeerd door het idee dat de menselijke ziel massa had en dus gewogen kon worden, ontwikkelde Dr. MacDougall een bed met gevoelige weegschalen en overtuigde terminaal zieke patiënten om erop te liggen tijdens hun laatste momenten.
MacDougall was zeer detailgericht: Hij registreerde het precieze tijdstip van overlijden van elke patiënt, de totale tijd dat ze op het bed lagen en de veranderingen in gewicht rond het moment van overlijden. Hij hield rekening met het verlies van lichaamsvloeistoffen zoals zweet en urine, en gassen zoals zuurstof en stikstof. Zijn conclusie was dat de menselijke ziel 3/4 van een ons woog, ofwel 21 gram.
Een jaar in de schijnwerpers
De resultaten van MacDougall’s studie verschenen in The New York Times in maart 1907. Het artikel veroorzaakte een debat tussen MacDougall en de arts Augustus P. Clarke, die MacDougall’s meetmethoden bekritiseerde.
Clarke stelde dat bij overlijden de longen stoppen met het koelen van het bloed, waardoor de lichaamstemperatuur stijgt en de huid gaat zweten. Dit zou de verklaring zijn voor de ontbrekende 21 gram volgens Clarke.
MacDougall antwoordde dat de bloedsomloop stopt bij overlijden, waardoor de temperatuur van de huid niet zou stijgen. Het debat duurde tot eind 1907 en kreeg aanhangers aan beide zijden.
Vier jaar lang bleef het stil rondom MacDougall, maar in 1911 verscheen hij weer in de krantenkoppen met plannen om de menselijke ziel te fotograferen op het moment van overlijden. Ondanks zijn bezorgdheid dat de “zielssubstantie” te onrustig zou zijn om te fotograferen, slaagde hij in een dozijn experimenten waarin hij “een licht fotografeerde dat leek op dat van de interstellaire ether” rond de schedels van stervende patiënten.
MacDougall overleed zelf in 1920.
De erfenis van deze eigenaardigheid
Referenties aan MacDougall’s experimenten duiken om de paar jaar op. Het idee dat de ziel 21 gram weegt is opgenomen in romans, liedjes, films, en zelfs in de titel van een film. Dan Brown beschreef MacDougall’s experimenten in detail in zijn boek The Lost Symbol.
Parapsychologie-enthousiastelingen omarmen het idee van wetenschappelijk bewijs voor de ziel, dat troost biedt zoals tarot lezingen en spiritistische hotlines dat doen. Hoewel de wetenschappelijke gemeenschap de experimenten niet accepteert, blijft het idee van een 21 gram wegende ziel fascinerend.
Een ander soort griezeligheid
Om te begrijpen waarom MacDougall de ziel wilde wegen, helpt het om de tijd en context waarin hij leefde te begrijpen. Zijn werk bevat termen en ideeën die bekend zijn uit de vroege psychologie van Freud en Jung, zoals “psychische functies” en “bezielende principes”.
Hoewel we tegenwoordig veel weten, blijven sommige aspecten van de natuurkunde en neurowetenschappen mysterieus. De zoektocht naar donkere materie en het begrijpen van het brein zijn nog steeds gaande. Sommige mensen geloven dat de ziel tussen kwantumdeeltjes of in elektromagnetische golven kan worden gevonden. De meeste wetenschappers verwerpen deze ideeën, maar de zoektocht naar de ziel gaat door.
Donkere materie kan niet gefotografeerd worden, maar onderzoekers kunnen haar wel detecteren en in kaart brengen door gravitatie lens metingen uit te voeren. De verdeling ervan is hier te zien in de blauwe overlay van de binnenste regio van Abell 1689, een cluster van sterrenstelsels op 2,2 miljard lichtjaar afstand. (Credit: NASA/ESA/JPL-Caltech/Yale/CNRS)
Het idee van het wegen van de ziel blijft bestaan omdat het romantisch en intrigerend is. Het spreekt tot onze diepste verlangens en angsten, net zoals het deed bij MacDougall’s lezers in 1907.
De man die de ziel probeerde te wegen
In 1907, en nu nog steeds, blijkt het universum vreemder te zijn dan alles wat de parapsychologie kan verzinnen. Hoe zijn fotonen zowel deeltjes als golven? Hoe kunnen er zoveel planeten zijn, maar zo weinig die leven herbergen zoals wij dat kennen? Het heelal zit vol met onopgeloste mysteries.
We hebben de zielen van de doden niet nodig om fascinerende experimenten uit te voeren. Het meetbare fysieke universum is al mysterieus genoeg.
Nieuw onderzoek in de parapsychologie heeft aangetoond dat er meer complexiteit is in de interactie tussen geest en materie dan eerder werd gedacht. Moderne technologieën, zoals functionele MRI en geavanceerde kwantummechanica, hebben nieuwe inzichten gegeven in hoe bewustzijn werkt en hoe het kan interageren met de fysieke wereld. Deze ontwikkelingen openen de deur naar een beter begrip van fenomenen die ooit als puur metafysisch werden beschouwd.
Ook lezen:
Veelgestelde Vragen
Wat was het doel van Duncan MacDougall’s experimenten?
MacDougall probeerde te bewijzen dat de menselijke ziel massa heeft door het gewicht van terminale patiënten vlak voor en na hun overlijden te meten.
Hoe voerde MacDougall zijn experimenten uit?
Hij gebruikte een speciaal bed met nauwkeurige weegschalen en registreerde het gewicht van patiënten voor en na het overlijden, rekening houdend met vloeistof- en gasverliezen.
Wat waren de resultaten van MacDougall’s experimenten?
MacDougall concludeerde dat de menselijke ziel 21 gram woog, gebaseerd op het gewichtsverlies gemeten na het overlijden van de patiënten.
Wat was de reactie van de wetenschappelijke gemeenschap op MacDougall’s bevindingen?
Zijn bevindingen werden bekritiseerd en betwist door andere wetenschappers, waaronder Augustus P. Clarke, die alternatieve verklaringen boden voor het gemeten gewichtsverlies.
Zijn MacDougall’s experimenten nog steeds relevant?
Hoewel zijn methoden en conclusies grotendeels zijn verworpen door de moderne wetenschap, blijven zijn experimenten een fascinerend voorbeeld van de zoektocht naar bewijs voor de menselijke ziel.
Like ons op Facebook om meer artikelen zoals deze in je feed te zien verschijnen die je anders zou missen.